Voeder voor gekweekte vis moet een belangrijk gehalte (35-50 %) aan zeer verteerbare eiwitten en hoge energie bevatten door middel van hoogwaardige vetten, om de activiteit en de groei ervan in stand te houden. De grondstoffen die beschikbaar zijn voor de vervaardiging van dergelijke aquafeed zijn afkomstig uit drie hoofdbronnen:
plantaardige bijproducten van tarwe, soja en maïs.
II) vismeel en visolie van vis en zeeschaaldieren, hoewel hun aandeel in voeder afneemt.
III) In sommige gevallen zijn ook bijproducten van de sector dierlijke productie op het land, die zeer voedzaam zijn.
Tegenwoordig worden duurzame voedersystemen bevorderd, waardoor de afhankelijkheid van vismeel en visolie uit wilde bestanden voor de voedselproductie wordt beperkt, bijvoorbeeld door het gebruik van alternatieve eiwitingrediënten, zoals algen of insecten, of afval van andere industrieën aan te moedigen. Dit komt ook tot uiting in de strategische richtsnoeren voor een duurzamere en concurrerendere EU-aquacultuur voor de periode 2021-2030.